In de vroege ochtend van 18 december, lokale tijd, vond een explosie plaats op een olieterminal in Conakry, de hoofdstad van Guinee, waarbij minstens 13 mensen om het leven kwamen en 178 anderen gewond raakten. Hoe groot de schade aan de pier is, is onduidelijk.
De oorzaak van de brand was onbekend en er zou een onderzoek worden gestart om de oorzaak en de verantwoordelijken vast te stellen, aldus de regering in een verklaring. De omvang van het incident “kan een directe impact hebben op de bevolking”, aldus de verklaring. Maar er werden geen details gegeven.
De explosie schudde het administratieve district Calumes, gelegen in het centrum van Conakry, waarbij ramen in verschillende nabijgelegen huizen werden gesprongen en honderden mensen op de vlucht sloegen, zeiden getuigen.
Maandagmiddag lokale tijd had de brandweer de brand vrijwel onder controle. Eerder waren branden en golvende zwarte rook kilometers ver te zien toen verschillende tankwagens het pakhuis van Conakry verlieten, begeleid door soldaten en politie.
De oorzaak van het ongeval is momenteel onduidelijk. Het is duidelijk dat de lading op de olieterminal brandbaar, explosief en gemakkelijk te verdampen is, en dat het onmogelijk is om de terminal volledig te sluiten voor laden en lossen. Daarom worden vloeibaar petroleumgas, geraffineerde olie en andere oliematerialen tijdens opslag en transport onvermijdelijk blootgesteld aan lucht. Wanneer het door verdamping gegenereerde gas een bepaalde concentratie bereikt en een ontvlambaar of explosief mengsel vormt met lucht, zullen er, zodra het in aanraking komt met een ontstekingsbron, verbrandings- en explosieongevallen plaatsvinden. Naast oliefactoren kunnen illegaal roken op de terminal, rook en brand uit de uitlaatgassen van motorvoertuigen en kwaliteitsproblemen met elektrische apparatuur en faciliteiten ook de oorzaken zijn van explosies en branden op olieterminals.